10-01-2014

2014? Business as usual!

Deel dit bericht


Ik heb afgelopen weekend de kerstboom weer opgeruimd. De oliebollen zijn op en de tellers van de jaarlijkse omzetcijfers staan weer op nul. Een nieuwjaar vraagt vaak om goede voornemens, maar daar heb ik zelf nooit veel mee op gehad. Want een jaarwisseling op zich verandert de wereld niet echt niet. Vernieuwing en verbeteringen gaan meestal heel langzaam en zijn op korte termijn weinig zichtbaar. Pas als je afstand neemt, zie je de trends en mutaties.

Het is algemeen bekend dat mensen in de regel veel te optimistisch zijn over wat techniek zal gaan veranderen in de vijf jaar die voor hen liggen, maar daar staat tegenover dat ze weer veel te pessimistisch zijn voor de veranderingen over tien jaar. Dat klopt wel een beetje; in 2009 hadden we al iPhones en de eerste Androïd-telefoons. BYOD stond in de kinderschoenen en we spraken al over de cloud. Dus vijf jaar geleden was de wereld niet revolutionair anders dan nu. Maar in 2004 kwamen de eerste blackberries op de markt die in 2003 waren gelanceerd, was Nokia nog onze standaard telefoon en was Windows XP de standaard op desktop en laptop. Die tijd, die lang geleden lijkt en we definitief achter ons hebben gelaten, is toch pas tien jaar geleden.

Meer Cloud en Big Data
De komende jaren gaan de ontwikkelingen in eenzelfde tempo door. Onze technische gereedschappen en bijbehorende diensten veranderen langzaam. We zullen meer cloud gaan inzetten, waarbij door alle NSA-spektakel de eigen private cloud – met eigen data dicht en veilig bij huis – een stuk populairder zal worden. Maar dat is niet wezenlijk anders dan de hybride cloud die we al enkele jaren verkondigen.

Ook Big Data en analytics zullen zich gestaag door ontwikkelen. Google meldde laatst dat het aantal zoekopdrachten naar Big Data sinds oktober vorig jaar niet meer gestegen is en zelfs langzaam afneemt. Een teken dat dit fenomeen intussen ook algemeen bekend is en zich langzaam en ongemerkt – dat wil zeggen zonder hype-verhalen in de pers – verder zal ontwikkelen.

Het is een beetje de hype-curve die Gartner ooit benoemde. De eerste 2 tot3 jaar wordt een nieuw begrip een hype en alle congressen, artikelen en conferenties zijn gericht op die ene vernieuwing. Dan komt de periode van bezinning, dat men beseft dat het niet zo makkelijk, mooi en veelbelovend is als men eerst dacht. Geen innovatie zonder transpiratie en veel vallen en opstaan.

Dat gebeurt met meer zaken de komende jaren. De Google-bril heeft nog heel wat hobbels te nemen voordat deze een beetje bruikbaar wordt in het dagelijks leven. De iWatch van Apple is al jaren geleden beloofd, maar ik weet niet of we die nu echt in 2014 al kunnen bestellen.

3D-printen
Over enkele nieuwe hypes zullen we dit jaar wel veel horen. Een daarvan is 3D-printen. Twintig jaar geleden gebruikten we deze techniek al onder de noemer ‘rapid prototyping’. Een duur en ingewikkeld proces, alleen bedoeld voor try-outs van bijzonder ontworpen producten en machineonderdelen. Maar de afgelopen jaren zijn mooie nieuwe en vooral goedkope machines op de markt gekomen. En is er een hausse aan ontwikkelingen gestart om met allerhande soorten materialen de gewenste producten op te bouwen. Ik voorspel vele 3D-print- en copy-congressen.

De conferentiewereld heeft ook het Internet der Dingen ontdekt. Ik heb al vele uitnodigingen over dit onderwerp voorbij zien komen. Terecht natuurlijk. Op dit gebied gaan de ontwikkelingen heel snel. Mede dankzij Big Data en analytics is het ‘hebben’ van sensorinformatie interessant geworden. We kunnen apparaten niet alleen met elkaar laten praten, nee, we kunnen nu ook nog iets met al die data doen. Dat maakt het internet der dingen interessant. Hoe kunnen we de ‘dode wereld’ om ons heen intelligenter maken om ons meer ten dienste laten staan?

Google heeft afgelopen jaar twaalf robotfirma’s geacquireerd. De zelfrijdende auto is geen utopie meer. Naast Google zijn bijna alle autofabrikanten er mee bezig. De auto wordt meer en meer een computer die kan rijden. Met miljoenen regels software, een eigen IP-adres en een intelligente, levenslange koppeling met zijn creator: de autofabrikant.

Daarnaast is de elektrische auto principieel iets heel anders dan een auto met verbrandingsmotor en mechanische versnelling. Met 4 elektromotoren in de wielen, is onafhankelijke aandrijving en remming mogelijk en is er weinig mechanica meer in de carrosserie nodig. Net zo’n enorme omwenteling als die we in de data-opslagwereld van draaiende schijfjes naar solid state flash opslag krijgen. Een heel ander manier van het denken, ontwerpen en bouwen van storage-systemen. Het opslaan van sequentiële rijen data op een draaiende schijf is iets totaal anders dan ‘schijnbaar’ willekeurig data op een flash-array schrijven.

Slijtageproces
Hiermee ben ik bij nog zo’n hype aangekomen: flash-storage. Natuurlijk gaat flash de hele oude methode van data-opslag op mechanische schijven verdringen. Net zoals weinigen meer met een typemachine werken. Maar flash-opslag heeft voordelen maar ook zo zijn eigenaardigheden. Je kunt in een flits grote hoeveelheden data opslaan en uitlezen. Maar wissen van data is slijtage, veel sterker dan op een disk. Dus het zomaar random opslaan en later schonen en herordenen, is een slijtageproces dat je wilt beperken.

Dus de uitdaging is data direct op de goede plaats op te slaan om de levensduur te verlengen. En ook niet méér opslaan, dan nodig is. Maar dit vraagt totaal andere algoritmen dan we in de ‘oude’ storagewereld gewoon waren. Nieuwe intelligentie op dit gebied is in de maak. Algoritmen die niet in de milliseconden van de mechanische disk, maar in de microseconde van de flash kunnen rekenen. Met een nieuw storage-OS dat die instructies in een virtuele omgeving kan uitvoeren. Een fikse uitdaging met potentieel grootse mogelijkheden, waar ook vele start-ups zich op richten.

In 2014 zullen veel van die technische uitdagingen stapjes vooruit maken. Langzaam. Niet revolutionair. Met inspiratie maar vooral veel transpiratie en vallen en opstaan. Iets waar het grote publiek niet zo snel warm voor loopt. En waar geen sensationele artikelen over te schrijven zijn. Of grootse congressen aan te wijden. Het Software Defined Data Center komt steeds dichterbij, dat is duidelijk. We kunnen steeds meer virtualiseren en data-opslag, netwerken en computing uitvoeren met solid-componenten die een commodity zijn verworden.

In 2024 kunnen we ons iets anders dan Software Defined niet meer voorstellen. In 2019 worden nieuwe datacenters voor het eerst niet anders gebouwd. Dus Enterprise Architecten moeten nu wel warm gaan lopen om dat nieuwe IT-huis te begrijpen, te definiëren en te (kunnen) ontwerpen. Maar ook dat is geen wereldnieuws. Dat gebeurt in achterkamertjes.

Voor 2014 zie ik dus niet veel écht nieuws onder de zon. Gewoon doorwerken, vernieuwen en op de toekomst voorbereid blijven. In de informatiewereld is voorlopig nog werk genoeg..

Hans Timmerman, CTO bij EMC Nederland 

 

Partners