11-05-2015 Door: Sandor Nieuwenhuijs

Data-scientist. Beroep van de toekomst?

Deel dit bericht

In de afgelopen twee jaar is zo’n negentig procent van alle wereldwijde opgeslagen data gegenereerd. Met al die data is iets te doen. Als je als bedrijf bijvoorbeeld weet waar, hoe en hoe vaak klanten een app gebruiken, kun je de app optimaliseren en  beter inspelen op de behoefte. Deze big data-trend heeft geleid tot een nieuw beroep dat volgens velen enorme kansen biedt voor de komende periode: de data-scientist.

Net als bij elk ander nieuw en trendy beroep is het bij een data-scientist goed om op te passen als iemand zich zo noemt. Veel ontwikkelaars noemden zich in het verleden al snel architect, terwijl ze dat niet waren. Daarom is een business-analist ook niet meteen een data-scientist.

Wat is een data-scientist dan wel? Om te beginnen weet hij (of zij) veel van moderne technologieën . Je moet als data-scientist relevante data kunnen vinden, extraheren, transporteren,bewerken en visualiseren. Of in ieder geval begrijpen hoe dat moet en wat de (on)mogelijkheden zijn. Dat betekent dus dat je kennis moet hebben van bijvoorbeeld NoSQL, Hadoop, Pig, Hyves, Spark en het hele ecosysteem er omheen. Maar ook van bijvoorbeeld “R”. R is een programmeertaal en een omgeving voor statistische analyse en grafische presentatie van gegevens. Het is de open source-versie van S-plus, dat door Bell Labs werd ontwikkeld. Je kunt R gratis downloaden en gebruiken voor datamanipulatie, -calculatie en grafische weergave.

In de tweede plaats kan een data-scientist de data die hij heeft verzameld zo vertalen dat er waarde uit te halen is voor de organisatie. De belofte van big data – waar de data-scientist zijn functie aan heeft te danken – is immers dat je uit grote hoeveelheden data waardevolle verbanden destilleert waarmee je de business verder helpt. Tot slot mag je van een data-scientist ook verwachten dat hij op basis van deze inzichten concrete ideeën ontwikkelt voor de organisatie.

Het is duidelijk dat alleen technische kennis niet voldoende is voor een data-scientist. Je zult ook moeten beschikken over domeinkennis en veel creativiteit, nieuwsgierigheid en inventiviteit. Of zoals Steve Jobs zei tijdens zijn inspirerende begintoespraak op Stanford University in 2005 “Stay Hungry. Stay Foolish”. 

Daarnaast moeten organisaties ervoor zorgen dat een data-scientist ook voldoende mandaat binnen de organisatie heeft om zaken voor elkaar te krijgen. Is dat niet het geval, dan blijven initiatieven hangen en profiteren organisaties niet optimaal van hun big data. Geef een data-scientist dus de ruimte om iets te doen. Dan kan hij of zij echt waarde creëren uit data.

Sandor Nieuwenhuijs

Sandor Nieuwenhuijs is Presales Director Benelux, Eastern Europe, Middle East & Russia en sinds juni 2016 werkzaam bij Qlik. Daarvoor werkte hij jarenlang bij Oracle in diverse functies, onder meer in de rol van Director of Presales & Client Architects. Eerder heeft Nieuwenhuijs gewerkt bij BEA Systems en Westmount. Hij heeft een sterk trackrecord in het begeleiden van complexe IT-organisaties en is een professional op het gebied van technische IT architectuur & management. Door deze jarenlange ervaring is hij in staat om complexe problematiek inzichtelijk te maken en te vertalen naar de waarde die het voor een organisatie kan bieden.

Tevens is Sandor verantwoordelijk voor de relatie met hogescholen en universiteiten met als doel de kennis en ervaringen bij jonge studenten op een hoger niveau te brengen.

Hij heeft gestudeerd aan de Cranfield University (Executive Leadership), de IESE Business School (Executive Management) en de Universiteit Twente (Electronics).

Twitter: @snieuwenhuijs
LinkedIn: linkedin.com/in/snieuwenhuijs

Alle blogs van deze auteur

Partners